Zo moeder, zo dochter Bianca en Sanne

Bianca en haar dochter Sanne werken allebei als verpleegkundige bij het UMCG. Bianca op de afdeling Obstetrie & Gynaecologie. Sanne eerst bij het Beatrix Kinderziekenhuis maar ze maakt nu de overstap naar de nieuwe Medisch Psychiatrische Unit. ‘Als ik iets heftigs heb meegemaakt op het werk, dan bel ik altijd met mijn moeder. Zij begrijpt wat ik doormaak.’

Dezelfde gulle lach, dezelfde frisse oogopslag, dezelfde handgebaren én dezelfde professie: naast moeder en dochter zijn Bianca en Sanne ook collega’s. Al had het maar weinig gescheeld of Sanne had voor de klas gestaan in plaats van aan het bed. 

‘Ik wist heel lang niet wat ik wilde, want ik vind alles superleuk’, vertelt ze. ‘In groep acht wilde ik met baby’s werken, net als mijn moeder. Later leek politieagent me ook leuk, of dokter of psycholoog. Ik heb wel honderdduizend online beroepentests gedaan. Uiteindelijk kwam daar verpleegkundige of docent in het basisonderwijs uit.’ 

Meeloopdag

Na een meeloopdag in het UMCG koos Sanne voor hbo-verpleegkunde. ‘Ik voelde me thuis in het ziekenhuis’, zegt ze. ‘Door de verhalen van mijn moeder wist ik ook al veel dingen. Het was voor mij heel bekend.’  
Het laatste zetje kreeg ze van haar moeder die haar erop wees dat je met hbo-v alle kanten op kunt. ‘Ze zei: ‘Het is een heel brede opleiding. Je doet veel mensenkennis op, het is een goede basis voor de rest van je leven.’ Toch wist ik het nog steeds niet helemaal zeker. Totdat een heel zieke patiënte tegen mij zei: ‘Dankjewel, je hebt me mens laten voelen.’ Daar heb ik de rest van mijn opleiding op geteerd.’

Haar passie

In tegenstelling tot haar dochter wist Bianca als kind al wat ze wilde worden: verloskundige. Helaas werd ze steeds uitgeloot. Ze besloot de opleiding voor A-verpleegkundige te doen en werkte jarenlang in het Martini Ziekenhuis. Zestien jaar geleden volgde ze alsnog haar passie. Inmiddels zit ze bij Obstetrie & Gynaecologie helemaal op haar plek. 

‘Het is hier hollen of stilstaan’, vertelt ze. ‘Soms kom je binnen en kun je gelijk door naar de OK voor een keizersnee of om een prematuur op te vangen. Het kan tijden rustig zijn tot ineens de telefoon gaat en er een ambulance komt met een vrouw die van een tweeling moet bevallen. Of die juist níet moet bevallen omdat de baby’s nog niet levensvatbaar zijn.’

Het zit in de genen

Bianca: ‘Mijn zoon is analist, en mijn zus en haar zoon zitten ook in de zorg. Dus het zit wel een beetje in de genen.’ Op familieverjaardagen gaan de gesprekken dan ook vaak over de zorg. ‘Tot ergernis van mijn eega’, lacht Bianca. ‘Hij kan er niet altijd goed tegen. Maar ik wil wel mijn verhaal kwijt kunnen. Dat kan ik bij Sanne. We overleggen ook regelmatig met elkaar: hoe zou jij dit of dat aanpakken?’

Op de vraag wat ze in elkaar waarderen, kijken moeder en dochter elkaar vrolijk aan. 
‘Sanne heeft een heel mooie helikopterview’, zegt Bianca. ‘Ze kan heel goed uit de situatie stappen en die stap voor stap analyseren. Ik reageer veel emotioneler.’  

Sanne: ‘Ik heb heel veel respect voor hoe mijn moeder de leiding pakt in crisissituaties. Jaren geleden kreeg onze buurman een hartstilstand. Mijn moeder nam direct het voortouw, en iedereen luisterde naar haar. Dat wil ik ook graag kunnen.’